'S OCHTENDS SNEL NAAR SCHOOL? PRIMA, MAAR DAN WEL EERST ONTBIJTEN

Myriam moet vaak met een lege maag naar school. Honger of geen honger, van haar oma moeten de kinderen naar school. Cordaid Kinderstem steunt daarom ook scholen met een voedingsprogramma zodat kinderen als Myriam niet meer met een hongerige maag in de schoolbanken zitten.

Cordaid Kinderstem helpt meest kwetsbare kinderen in ontwikkelingslanden met een stabiele, veilige thuisbasis en goed onderwijs, waardoor zij een zelfstandig bestaan kunnen opbouwen.

In Noord-Oeganda investeren we in gekwalificeerde leerkrachten en lesmateriaal. En verbeteren we de leefsituatie van de kinderen, die vaak wees zijn geworden door de guerilla-oorlog of aids. We ondersteunen hun verzorgers ook financieel, zodat kinderen niet de hele dag hoeven te werken.

Met onze lokale partner PEFO bekijken we hoe we gezinnen kunnen helpen om inkomen te genereren. Meer inkomen betekent gezondere voeding en meer tijd om naar school te gaan.

De stem van Myriam Auma

Myriam is een meisje van 8. Ze woont samen met haar moeder, 2 zusjes, haar broer en 2 pleegbroers op een stukje land in Obi Village. Haar oma woont op het landje ernaast en staat aan het hoofd van het gezin. Zij is een statige lange vrouw met littekens op haar arm. “Een souvenir van Kony,” zegt ze. In de tijd dat Kony en zijn rebellen het land overheersten is ze gepakt en mishandeld. Ze hebben haar arm ook gebroken. Die doet nog steeds pijn.

Het is niet het enige wat Kony heeft gepakt. De vader van Myriam is gegijzeld en nooit meer teruggevonden. Mannen zijn er niet in dit gezin. De vrouwen en kinderen moeten het samen doen. En dat lukt maar nét.

“Later word ik naaister en verdien ik geld met kleren maken”

Myriam, 8 jaar

Nu doneren

Met een lege maag naar school

“We zijn thuis met zoveel, er is nooit genoeg eten”, vertelt Myriam. Haar buik is opgezet, ze is duidelijk ondervoed. Ze eten bijna alleen maar pap en bonen. Elke dag weer. Geld voor vlees is er niet. Af en toe krijgen de kinderen eieren of melk. Honger of geen honger, van oma moeten de kinderen naar school. Ze wil dat de kinderen voor zichzelf kunnen zorgen als zij er straks niet meer is.

Het is een kleine tien minuten lopen naar Tetyang Primary School. Door het maisveld en over de zandweg. De zon schijnt fel en de gewassen staan er goed bij. De lucht ruikt naar een mengsel van gras, zonnebloemen en lavendel. Myriam is een slim kind en doet enorm haar best. Schrijven vindt ze het leukst. “Later word ik naaister en verdien ik geld met kleren maken”, vertelt Myriam. “Of ik word juf, dan kan ik alle kinderen slimmer maken!”.

Wat doen we om kinderen als Myriam te helpen?

Met onze lokale partner PEFO bekijken we hoe we gezinnen kunnen helpen om inkomen te genereren. Meer inkomen betekent gezondere voeding en meer tijd om naar school te gaan. Daarnaast betalen we schoolgeld, schooluniformen en steunen we kinderen op school met een voedingsprogramma. Ook verdelen we zaden om te kunnen planten. Als ruil wordt een deel van de oogst weer afgestaan aan school en krijgen ook andere kinderen voldoende te eten.

“Op school heb ik vrienden en vergeet ik mijn verdriet”

Steven, 11 jaar

Nu doneren

De stem van Steven Oloya

Steven woont samen met zijn zevenjarige zusje Brenda en zijn oma in een buitenwijk van Lira, in het plaatsje Acede Village. Op het erf staan vier hutjes: een voor de kinderen, een voor oma en een keuken en een opslag. Onder de citrusboom ligt het graf van zijn vader. Ook zijn moeder is overleden aan aids toen hij vier jaar was.

Het leven met oma is niet makkelijk. ’s Ochtends staat Steven vroeg op om het het land te bewerken; een zware klus. “Ik wil wel eerder naar school, maar ik moet werken van mijn oma. Als ik niet werk dan word ik geslagen. Want als ik niet werk, hebben we geen geld en geen eten.”

Na zijn werk op het land wast Steven zijn voeten en trekt hij zijn schooluniform aan. Dan loopt hij naar de Abunga Primary School, een school met zo’n 800 leerlingen. Het is stampvol in de klas. De leraar begint met de dag met een telling: 35 jongens en 33 meisjes. Met vier kinderen in een bank delen ze één boek. Het is er erg rumoerig. En omdat de muren niet tot het plafond lopen, hoor je ook alle andere klassen. Dat maakt het lastig om de les te volgen.

Niet alleen de muren zijn slecht. Ook hebben de klassen geen ramen endeuren. Het schoolbord is zo oud en versleten dat het krijt niet meer telezen is. De leraar moet zich ook behelpen; geen stoel en geen bureau. De les start met rekenen. Het lievelingsvak van Steven. Na school gaat het uniform weer uit en moet Steven weer werken op het land.

Er is geen geld voor schoolspullen

“We waren gelukkig toen mijn ouders nog leefden, maar nu vind ik alles niet meer zo leuk. Ik heb geen rust in dit huis”, vertelt Steven geemotioneerd. “Mijn oma is altijd boos, we hebben gewoon geen geld. Ik zou boeken en pennen willen hebben voor school. De essentiele dingen. Mijn schooluniform heb ik van PEFO gekregen. Ik maak me zorgen over de toekomst. Met mijn moeder was het altijd fijn,” zegt hij geëmotioneerd en veegt zijn tranen weg.

met vier kinderen delen we één boek

Na zijn werk op het land wast Steven zijn voeten en trekt hij zijn schooluniform aan. Dan loopt hij naar de Abunga Primary School, een school met zo’n 800 leerlingen. Het is stampvol in de klas. De leraar begint met de dag met een telling: 35 jongens en 33 meisjes. Met vier kinderen in een bank delen ze één boek. Het is er erg rumoerig. En omdat de muren niet tot het plafond lopen, hoor je ook alle andere klassen. Dat maakt het lastig om de les te volgen.

Niet alleen de muren zijn slecht. Ook hebben de klassen geen ramen en deuren. Het schoolbord is zo oud en versleten dat het krijt niet meer te lezen is. De leraar moet zich ook behelpen; geen stoel en geen bureau. De les start met rekenen. Het lievelingsvak van Steven. Na school gaat het uniform weer uit en moet Steven weer werken op het land.

Mijn klas heeft geen stoelen en tafels,ook de juf zit op de grond

Brenda, 11 jaar

De stem van Brenda

De stem van Brenda Oloya Brenda is het zusje van Steven. In haar klas zit iedereen op de grond. Er zijn geen tafels en geen stoelen, ook niet voor de juf. Vandaag gaat de les over eten. De juf houdt een maiskolf in de hand. Vervolgens legt ze uit hoe en waar die groeien en wat ervan gemaakt wordt. Daarna laat ze cassave zien, noten en zaden.

Als kinderen het antwoord weten, maken ze met de arm een snelle beweging naar voren en knippen met hun vingers. Op schoot hebben ze een bord of beker. Na de les mogen de kinderen naar het keukengebouwtje lopen. Daar staan twee moeders te pap koken. De kinderen gaan in een rij staan en een voor een houden ze hun bord of kop omhoog. Op het grasveld eten Brenda en haar klasgenoorjes de pap. Veel kinderen zijn arm en moeten bijgevoed worden. Het is ook een lokkertje om de kinderen naar school te krijgen.

PEFO heeft er een heel programma omheen gezet dat door Cordaid Kinderstem wordt ondersteund. Op de grond van de school is mais en graan geplant. Van de graanoogst wordt de pap voor de kinderen gemaakt. Zaden worden gratis verstrekt aan de ouders van deze kinderen om op hun eigen land te verbouwen. De opbrengst van de oogst is voor het gezin, maar een deel moet worden afgestaan aan de school om anderen te ondersteunen. Met een lege maag is het namelijk moeilijk leren.

PEFO regelt schoolspullen en een uniform

“We waren gelukkig toen mijn ouders nog leefden, maar nu vind ik alles niet meer zo leuk. Ik heb geen rust in dit huis”, vertelt Steven geemotioneerd. “Mijn oma is altijd boos, we hebben gewoon geen geld. Ik zou boeken en pennen willen hebben voor school. De essentiële dingen. Mijn schooluniform heb ik van PEFO gekregen. Ik maak me zorgen over de toekomst. Met mijn moeder was het altijd fijn,” zegt hij geëmotioneerd en veegt zijn tranen weg.

De ouders van Steven zijn overleden, daarom woont hij met z'n zusje bij z'n opa en oma

Veel kinderen zijn wees door aids of geweld

Noord-Oeganda was twintig jaar lang een conflictgebied en de sporen daarvan zijn nog ruimschoots aanwezig. Mensen zijn getraumatiseerd en veel kinderen zijn wees door aids of geweld. Hun verzorgers, vaak een opa en oma,  kunnen ze vooral liefde geven, want er is een gebrek aan alles: een fatsoenlijk huis, gezondheidszorg en eten. Geld voor boeken, schriften of een schooluniform is er al helemaal niet. Daardoor kunnen lang niet alle kinderen naar school. Ze werken vaak de hele dag en moeten water halen, de geiten hoeden of spullen verkopen op straat.

Wat doen we tegen kinderarbeid in Noord-Oeganda?

Samen met onze lokale partner PEFO geven we (wees)kinderen in de regio een stabiele basis en goed onderwijs. Met voldoende steun hoeven kinderen niet meer hele dagen te werken en kunnen ze gewoon naar school, net als westerse kinderen. Zo ontwikkelen ze zich tot weerbare, zelfstandige jongvolwassenen. Omdat we de brede problematiek op alle fronten aanpakken, halen we maximaal resultaat.

WAT DOEN WE CONCREET?

 

Onderwijs

  • we maken onderwijs en gezondheidszorg toegankelijker
  • we zorgen voor lesmateriaal, schoolboeken en een schooluniform

Kind en Omgeving

  • we geven voedselhulp aan kinderen en hun verzorgers
  • we verlenen psychosociale ondersteuning om trauma’s te verwerken
  • we verbeteren het inkomen van de verzorgers die voor hun (klein)kinderen zorgen
  • we betrekken de lokale bevolking bij het lot van deze kinderen